Vegers voor Vlinders
Om het verlies aan biodiversiteit op haar grondgebied tegen te gaan, lanceerde de provincie Limburg in 2006 samen met de Limburgse regionale landschappen het project 'Gemeenten Adopteren Limburgse Soorten'. Elke Limburgse gemeente adopteerde een plant- of diersoort waarvoor ze de komende jaren een bijzondere inspanning wil doen.
De stad Hamont-Achel adopteerde de heivlinder. Sinds 2009 loopt in samenwerking met Isis vzw het project Vegers voor Vlinders, dat opgestart werd door Regionaal Landschap Lage Kempen (RLLK) en dat financieel wordt ondersteund door de stad Hamont-Achel. Het project richt zich op de zesdejaarsleerlingen van alle basisscholen in Hamont-Achel en omvat een tweedaagse activiteit.
Hamont-Achel adopteert de heivlinder
Met de heivlinder heeft Hamont-Achel een echte mascotte voor het typische landschap in en rondom de gemeente gekozen. De soort vind je namelijk enkel in droge heidegebieden en stuifduinen, waarvan in de gemeente nog mooie restanten te vinden zijn. Historisch gezien kwam dit landschapstype over grote oppervlakten in de gemeente en omstreken voor. Heide werd gecreëerd voor en door de mens. Grote schaapskudden graasden er en lokale boeren gingen heideplaggen halen voor in de potstal. Zo werd gedurende lange tijd een open heidelandschap in stand gehouden.
In de loop der jaren en vooral in de twintigste eeuw werden grote delen van deze oppervlakten ingenomen voor andere doeleinden. De bebouwing breidde uit, landbouw veranderde sterk met de uitvinding van kunstmest, industrie nam delen grond in en grote gebieden werden opgeplant met naaldhout, voornamelijk voor de productie van mijnhout.
In Hamont-Achel zijn nog enkele lokaties waar restanten van de grote voormalige oppervlakten heide en stuifduin te vinden zijn. Deze zones vormen het leefgebied van onder andere de heivlinder. Droge heide met plekken naakte bodem en heel schrale duinvegetaties zijn de ideale leefomgeving voor deze soort.
Om de huidige populatie heivlinder op lange termijn te behouden, moeten een aantal maatregelen genomen worden. Het goed beheren van de huidige leefgebieden, het vergroten van te kleine oppervlakten en het creëren van verbindingen tussen bestaande populaties zijn hierbij de belangrijkste aandachtspunten.